De druk op Bernanke neemt toe

Na enkele rustige beursdagen, zagen we gisteren dan toch weer een forse daling. Uiteraard schreeuwen de media weer dat zich een ‘double-dip’ recessie aandient, waardoor de druk op Bernanke om QE3 aan te kondigen enorm wordt vergroot. Vorig jaar kondigde hij eind augustus QE2 aan op een jaarlijkse bijeenkomst in Jackson Hole, Wyoming.

Het toeval wil dat voor komende donderdag weer diezelfde jaarlijkse bijeenkomst op het programma staat. Als je de gisteren gepubliceerde inflatiecijfers bekijkt, dan zou je denken dat Bernanke het wel uit zijn hoofd laat om de geldpersen aan te zetten, maar hij kan uiteraard altijd besluiten dat de inflatie volgens hem de komende maanden gaat dalen.

Wij blijven bij onze verwachting dat we geen enorme beursdaling voor de kiezen gaan krijgen. Dat de druk op de Fed de komende weken zodanig zal toenemen, dat ze QE3 zullen aankondigen (uiteraard zullen ze het beestje een andere naam geven). Die druk zal de komende week waarschijnlijk iedere dag meer worden opgevoerd, waardoor we misschien zelfs al volgende week die aankondiging zullen zien.

Zodra de beurs weet dat een grote berg nieuw geld richting de financiële markten gaat stromen, durven de grote jongens hun short posities niet langer aan te houden en durven beleggers weer te kopen.

 

Deel dit artikel per mail of via uw sociale media:

Daarom kan de huidige stijging nog lang aanhouden

Velen zijn verbaasd over het feit dat de huidige beursstijging zo lang aanhoudt. En dát midden in een zware economische crisis! Maar eigenlijk is het zo gek niet. Of de beurs stijgt, wordt namelijk niet alleen bepaald door de stand van de economie, maar ook door de hoeveelheid geld in de wereld én de beschikbare mogelijkheden om die enorme hoeveelheid geld ergens te plaatsen.

Terug naar 2003
Deze rally doet me terugdenken aan die van 2003, die precies twee dagen later begon dan de rally van dit jaar. Vele specialisten schreeuwden al in juli 2003 uit dat dit onmogelijk voort kon duren en dat de beurs gedoemd was om een forse daling in te zetten. Het duurde echter tot eind februari 2004 voordat we voor het eerst een dalende middellange beurstrend zagen. En toen zagen we niet eens eens de door velen voorspelde forse daling.

Enorm lage rente
De overeenkomsten tussen 2003 en 2009 zijn dat de centrale banken de rente op een kunstmatige manier ongekend laag houden, waardoor de vele duizenden fondsmanagers met de handen in het haar zitten. Die fondsmanagers zoeken een zo veilig mogelijke plaats voor hun grote sommen geld, maar uiteraard wél tegen een redelijke vergoeding.

Maar waar met je geld naar toe?
Net zoals in 2003 kunnen ze nergens hun geld kwijt, want aan Amerikaanse en Europese staatsobligaties valt geen droog brood te verdienen. Dat terwijl er wel risico voor inflatie op de loer ligt, waardoor je er zelfs acheruit mee kunt boeren. Daardoor blijft er niet veel anders over dan investeren in grondstoffen en in bedrijven.

Pakketjes met hypotheken
De “oplossing” voor dit probleem was in 2003 dat men al die prachtige pakketten met geknipte en geplakte hypotheken ging maken, die ze met een strik erom heen en een AAA-stempel van de rating bureau’s erop, aan de gretige investeerders aansmeerden. Omdat de rente zo belachelijk laag was, bleef de vraag van investeerders naar dit soort pakketten enorm hoog. Want het voelde als een veilige investering met een vast, goed rendement.

Iedereen die een handtekening kon zetten
Om aan die vraag te kunnen blijven voldoen moesten de banken echter zoveel mogelijk hypotheken aan consumenten verkopen, waardoor ze beetje bij beetje de voorwaarden voor het verkrijgen van een hypotheeklening steeds verder oprekten, om uiteindelijk leningen te verstrekken aan iedere mens die in staat was om een handtekening te zetten.

Nu is er géén alternatief
Nu is het 2009 en is de kredietcrisis nog in volle gang. Nu is er geen dergelijke “oplossing” voor dit probleem. De grote beleggers kunnen hun geld niet kwijt in Amerikaanse of Europese staatsobligaties, en hebben daardoor geen ander alternatief dan investeren in bedrijven en in grondstoffen. En dat doet de beurs stijgen. Het alternatief is dat de Fed en de ECB de rente fors gaan verhogen, maar daarmee zouden ze het niet of nauwelijks ingezette economisch herstel gelijk de nek omdraaien.

De huidige rally zou daarom best eens nog verbazingwekkend lang aan kunnen houden…

 

Deel dit artikel per mail of via uw sociale media:

Een dijk van een probleem aan de aanbodzijde

Het zijn moeilijke tijden voor bedrijven die oliemaatschappijen helpen om nieuwe olievelden tot ontwikkeling te brengen. De forse daling van de olieprijs in combinatie met de kredietcrisis heeft ervoor gezorgd dat projecten massaal werden uitgesteld of zelfs afgeblazen.

Juist dát zal de olieprijs doen stijgen
Het paradoxale daarvan is echter dat dit ervoor zorgt dat de olieprijs straks absoluut weer richting $150 per vat en hoger gaat. Dit omdat bestaande olievelden steeds minder olie uitspuwen, terwijl er geen nieuwe olievelden bijkomen. Een gigantisch probleem aan de aanbodzijde, dat straks niet zomaar even kan worden opgelost. Want de olieprijs stijgt bij een stijgende vraag, maar óók bij een dalend aanbod!

Een straks exploderende vraag (én koers)
Daarom hebben wij voor ons nieuwste “Super Rendement Rapport” onder meer een aandeel geselecteerd uit juist deze bedrijfstak. Maar dan uiteraard wél van een bedrijf dat er financieel supersterk voor staat én ook in deze moeilijke tijden goed blijft presteren, dus winst blijft maken. Kunt u zich voorstellen hoe dat straks zal gaan als in paniek al die projecten weer gaan worden opgestart? Dan explodeert de vraag naar de diensten van dit bedrijf en daarmee vooral ook de koers van het aandeel. Het aandeel is nú nog spotgoedkoop, en wij verwachten dat er straks een run op zal komen.

Bestelt u snel het “Super Rendement Rapport” zodat u ook op deze prachtige, en straks ongekend winstgevende ontwikkeling kunt inspelen.

Deel dit artikel per mail of via uw sociale media: