Over de Chinese economie lezen we vaak dat het zwaar te lijden heeft onder de dalende export. Het belang van export in de Chinese economie wordt echter zwaar overdreven. Als je alle goederen die China exporteert bij elkaar optelt, komt je op $1,2 biljoen en dat is 37% van China’s BNP.
Punt is alleen dat lang niet alle goederen in China worden gefabriceerd. Van veel produkten (zoals bijv. de iPod) worden de onderdelen in China ingevoerd, vervolgens in China in elkaar gezet en daarna weer geëxporteerd.
Iedere $100 die op deze manier uit China wordt geëxporteerd, bestaat voor ongeveer een derde deel uit geld dat werkelijk in China wordt verdiend.
Wetenschap, innovatie, technologie
Als je het zo bekijkt, dan bedraagt export slechts 12% van de Chinese economie en kan je moeilijk stellen dat China’s economie gaat instorten door dalende exporten. Daar komt trouwens bij dat de Chinezen al lang door hebben dat export niet voor lange tijd met 20% per jaar kan groeien. Dat is niet praktisch, economisch en ook politiek onmogelijk. Hoe rijker de Chinezen worden, hoe sneller het moment naderbij komt dat China niet langer als lage-kosten economie wordt bestempeld. Dus dat bedrijven voor laag geschoolde arbeid hun heil gaan zoeken in landen als India en Vietnam. De Chinezen hebben zich de afgelopen 30 jaar voor gericht op ‘cost efficiency’. Ze hebben hun koers al aangepast. De komende jaren zijn ze vooral gericht op wetenschap, innovatie en technologie.
Het feit dat de Chinese economie dit jaar met 6% tot 7% groeit, terwijl de westerse economieën zwaar krimpen, geeft des te meer aan hoe hard China op weg is om ’s werelds grootste economie te worden.
Nog een teken aan de wand: er gaan geruchten dat de Chinese autofabrikant Geely zich heeft gemeld om de Zweedse automerken Saab en Volvo over te nemen van de huidige eigenaren GM en Ford. Goede timing!