De indicator die wereldwijd wordt gebruikt om te meten of het goed gaat met een economie is het BBP, ofwel het Bruto Binnenlands Product.
Als u op de link klikt, dan ziet u dat het eigenlijk niets anders is dan de optelsom van alle goederen- en dienstentransacties die in een land worden gedaan.
Lalaland
We gaan even naar Lalaland. Mooi land. Het BBP van Lalaland bedraagt €100.000. Ieder jaar weer. Er is geen economische groei. Prijzen zijn stabiel. Inwoners hebben een dak boven hun hoofd, iedere dag eten op tafel. Ze zijn relatief gelukkig.
Dan vestigt zich een bank in Lalaland. LalaHenk en LalaIngrid gaan naar de bank, lenen er €5.000 en kopen een nieuwe keuken. De oude keuken deed het nog perfect. En ze hadden van hun ouders geleerd dat je eerst spaart, en dan pas iets koopt. Maar ze willen zo graag nú die nieuwe keuken met dat mooie kookeiland hebben.
Het CBS van Lalaland telt die transactie uiteraard op bij het BBP en rapporteert dat de economie met 5% is gegroeid.
LalaMark
Minister-President LalaMark is in extase. Op het LalaNOS-journaal verkondigt hij dat de economie van Lalaland volop aan het groeien is. En uiteraard dat het allemaal te danken is aan de door zijn kabinet genomen maatregelen. Hij verklaart dat Lalaland een prachtig land is met een economisch rooskleurige toekomst.
Andere inwoners willen ook van de economische groei profiteren, en gaan ook geld lenen. Massaal. Bedrijven die keukens, dakkappellen, caravans en boten maken, zien hun omzet stijgen en gaan uitbreiden.
Addertje onder het gras
Als je geld leent, dan moet je dat terug betalen. Plus een pak rente. LalaHenk en LalaIngrid kunnen daarom vanaf volgend jaar veel minder bijdragen aan het BBP.
Maar gelukkig heeft Lalaland nog genoeg andere inwoners die geld willen lenen, waardoor het BBP voorlopig nog even kan blijven groeien.
Tot het moment dat teveel inwoners teveel geld hebben geleend. Dan komt de economie van Laland hortend, stotend en sputterend tot stilstand.
En begint zelfs achteruit te gaan. Bedrijven in de keuken-, dakkappellen-, caravan- en botensector komen in de problemen. En ontslaan mensen. Het is crisis.
Minister-President LalaMark weet niet meer waar hij het zoeken moet. Hij verhoogt eerst massaal de belastingen. En roept de bevolking vervolgens op om geld uit te geven.
Van Lalaland naar Nederland
Gaan we nu even een kijkje nemen in Nederland. Nadat ik vorige week dit artikel schreef, ben ik even gaan zoeken naar cijfers over Nederland.
Op onder meer Eurostat vond ik de volgende info over de periode 1991-2011: (saldo private schulden 2012 is nog niet bekend)
- Het BBP groeide van €246 miljard tot €600 miljard.
- Totale private schulden (huishoudens + niet-financiële bedrijven) groeide van €331 miljard tot €1341 miljard.
Dat betekent dat we de afgelopen 20 jaar in Nederland met zijn allen maar liefst €1.010 miljard hebben geleend. En dat we daarmee slechts €354 miljard toename van het BBP hebben bewerkstelligd.
En dus dat de economische groei van de afgelopen 20 jaar niet is bereikt door creatief, innovatief, productief te zijn. Maar door grote bedragen geld te lenen, en dat geld uit te geven aan leuke dingen. Precies zoals LalaHenk en LalaIngrid dat in Lalaland deden.
Het zijn harde cijfers die aan duidelijkheid niets te wensen overlaten. En waaruit ik alleen maar kan concluderen dat Nederland er de afgelopen 20 jaar per saldo hard op achteruit is gegaan.
Die achteruitgang is echter jarenlang verborgen gebleven onder een dikke laag geleend geld. En daarvoor krijgen we nu de (enorm hoge) rekening gepresenteerd.
Een rekening waarmee we nog lang niet klaar zijn.
En dan hebben we de (nog steeds) belabberde financiële positie van de (nog steeds) véél te grote Nederlandse banken nog niet eens meegerekend…