’s Werelds topeconoom met de billen bloot

Eén van de bekendste economen ter wereld is Paul Krugman. Afgestudeerd aan Yale en MIT. Hoogleraar aan de Princeton universiteit. En al vele jaren lang columnist voor de New York Times.

In 2008 won hij ook nog de nobelprijs voor de economie. Krugman heeft dus een c.v. waar iedere econoom jaloers op is.

Geen wonder dat (vooral linkse) politici graag Krugman’s columns lezen en nóg liever naar een van Krugman’s uitspraken verwijzen. Want dat staat intelligent en je scoort er punten mee in een debat.

Er is slechts één probleempje. Deze man behoort (net als zoveel politici) tot het soort elite dat een leven lang nog nooit één dag in de echte wereld heeft gewerkt. Een econoom die (zoals zoveel economen) denkt dat hij de wereldeconomie begrijpt op basis van theoretische computermodellen.

Pleitte voor huizenbubbel
In 2002 schreef hij in zijn NYT-column al dat de toenmalige recessie kon worden opgelost door een huizenbubbel te creëren. Want dat zou ervoor zorgen dat mensen weer geld gingen uitgeven.

Die bubbel is er gekomen. En dat hebben we geweten ook.

De afgelopen jaren pleitte Krugman er regelmatig voor dat de Fed veel agressiever geld zou moeten printen dan ze toch al deden. En uiteraard waarschuwde hij de afgelopen maanden regelmatig voor het gevaar Trump.

In vijf dagen 180 graden gedraaid
Grant Williams zag Krugman in de week na Trump’s verkiezing twee uitspraken doen, die hij in zijn laatste nieuwsbrief even fijntjes onder elkaar zette.

Net na Trump’s verkiezing voorspelde Krugman een wereldwijde recessie zonder licht aan het einde van de tunnel. Slechts vijf dagen later was zijn mening 180 graden gedraaid.

Het grote voordeel van Trump
Dit (ik herinner u er nog even aan) is één van ’s werelds meest invloedrijke economen. Correctie: hij wás invloedrijk.

Want als er één zeer groot voordeel is aan Trump’s presidentschap, dan is het dat de invloed van dit soort gevaarlijke charlatans tot nul is gereduceerd.

Deel dit artikel per mail of via uw sociale media: